uit “Morya Kracht 3: Mens en maatschappij”
(Geert Crevits) © Mayil.com
“De vreugde in het leven ligt altijd daar waar men zichzelf kan vinden. Als je jezelf kan vinden, kan je in je vreugde komen, en het is wel belangrijk dat je dit even beschouwt. Als je dus naar jezelf kijkt en jezelf kan vinden in je handelen, dan kan je daar je vreugde vinden. En het moment dat je die vreugde beleeft, is een stimulans om juister en correcter te handelen. Op die manier functioneert de vreugde in je leven.
Als je jezelf kan vinden, kan je in je vreugde komen
Als je vreugde kent in wat je doet, dan word je daar nauwer bij betrokken, want iedere vreugde is van die aard dat ze concentreert. Vreugde is niet iets wat verdeelt maar integendeel samenbrengt. Wanneer je dus iemand ontmoet en in die vreugde staat, dan ben je gelukkiger samen, dan is het samenzijn eigenlijk intenser.
Zo is het ook met je handelingen. Als je een handeling stelt en je staat in een vreugde in die handeling, dan is die handeling intenser, brengt ze meer dingen samen en is ze juister. Je kan daarin ontdekkingen doen. Als je in het handelen in die vreugde staat, word je ook gericht om de handelingen efficiënt te doen. Op deze manier ben je juist bezig omdat je dan jezelf daarin kan vinden en jezelf daarin ook kan uitdrukken.
Zorg dat je aanwezig bent bij wat je doet en dit op een manier dat je daar de ontspanning in kent. Als de concentratie vervelend wordt, is het beter om je niet te concentreren en je te ontspannen. Maar als het je een vreugde schenkt en als het je ergens brengt in een situatie waarvan je weet: ‘dit is nu bijzonder, ik kan daar iets uit leren, ik ben daarin betrokken, ik zit er dus in’, dan heb je de juiste manier gevonden om vooruit te gaan in je handelen.
Zorg dat je aanwezig bent bij wat je doet, op een manier dat je daar de ontspanning in kent.
Altijd weer zal er een vreugde zijn die naar voren komt wanneer je op eenzelfde punt komt, waarvan je weet: ‘dit is iets wat ik kan, dit is iets wat ik goed kan, en steeds beter.’ Denk bijvoorbeeld aan een pianist die een bepaald stuk inoefent en steeds beter in staat is om dat stuk te brengen volgens zijn eigen innerlijke horen en weten - dit geeft dan een steeds grotere vreugde.
Als je iets doet, brengt de herhaling dikwijls een grotere vreugde mee, als het tenminste op de juiste manier gebeurt. Wanneer je jezelf niet kan vinden in wat je doet, zit je eigenlijk in een verstrooidheid, dan ben je niet juist bezig en wordt het afstompend. Zorg er dus voor dat je handelingen een betekenis krijgen voor je leven, dat je daardoor je leven in handen krijgt, dat je daardoor iets vindt in je eigen bestaan waardoor je weet: ‘het is goed dat ik dit doe.’
Als je iets doet, brengt de herhaling dikwijls een grotere vreugde mee, als het tenminste op de juiste manier gebeurt.
Als je in een werk staat of in een nieuw werk komt, wees er dan op bedacht dat je allereerst dat leerproces ingaat van: ‘hoe vind ik hierin mijn vreugde?’ En als je dat gevonden hebt: ‘hoe kan ik daarin verder gaan zodat ik mijzelf daarin beter leer kennen?’ En doe het zo dat je weet: ‘zo is het goed en daar kan ik mee bezig blijven’, zodat je aandacht zich ook verruimt.
Als je het werk in handen hebt, als je er spelenderwijze mee kan omgaan omdat het je minder last bezorgt, omdat je geleerd hebt en geleerd en geleerd, dan kan je je aandacht verruimen en kan je met meer dingen rekening houden. Je concentratie verplaatst zich van het ene naar het andere punt, je gaat ruimer denken, je gaat weten, je gaat handelen en je kan dus met meer rekening houden. Daardoor breng je een grotere orde in je eigen leven.
Als je in een werk staat of in een nieuw werk komt, wees er dan op bedacht dat je allereerst dat leerproces ingaat van: ‘hoe vind ik hierin mijn vreugde?’
Als je aandacht zich uitbreidt naar verschillende dingen die rond dat werk zijn, die rond die handeling zijn, dan krijg je een ruimer zicht op alles - zowel op je medemens als op de hele toestand waarin je zit, misschien zelfs op de hele fabriek, het bedrijf, het hele werk dat er is, of op de mensen, het personeel, op alles, op alles. Je ondervindt dat je aandacht als het ware bezig kan zijn met dit én dat én dat.
Als je in je werk staat, is het belangrijk om te zien dat je aandacht verruimt. Zonder dat die aandacht daardoor verslapt, integendeel, je aandacht groeit, je krijgt een groter perspectief, een soort overschouwend iets.
Je krijgt een groter perspectief, een soort overschouwend iets
Daarom moet iemand die gegroeid is in het werk een andere functie kunnen krijgen. Hij moet kunnen meegroeien met zijn inzichten en het is wel belangrijk dat men dit in de gaten houdt. Als iemand heel nauwkeurig te werk gaat binnen een kleinere tak en daar als het ware reserve in krijgt, als hij dus nog energie over heeft en met meer dingen bezig kan zijn, moet deze persoon een andere functie kunnen krijgen, zodat hij inderdaad dat wat hij aanvoelt spontaan kan uitwerken.
Dit is de groei van de maatschappij, dat men mensen kansen geeft om te groeien binnen het werk en van daaruit in een grotere verantwoordelijkheid te komen, naar andere mensen toe en naar andere systemen toe, zelfs zo groot dat men overkoepelend kan werken en dus hogere functies kan bekleden.
Het is geen kwestie van diploma’s
Maar het moet van binnenuit kunnen groeien en het moet ook van binnenuit gevoeld kunnen worden dat het zo is. Het is geen kwestie van diploma’s. Het gaat erom dat men de diepte doorgrondt van het aspect dat men aan het doen is, dat men ziet hoe dat functioneert en tot in de details ziet hoe alles aan elkaar hangt en welke betekenis het heeft om met dat detail bezig te zijn en ondertussen de andere details te begrijpen, zodat men het hele patroon van het werk overschouwt, doorkent en doorkneedt en dat men dan eigenlijk het geheel kan zien.
Er zijn natuurlijk specialisaties die men nooit kan bevatten, maar in zijn geheel genomen moet het zo zijn dat men toch overkoepelend kan denken en hoe meer specialisaties men zich verwerft, hoe beter het is en hoe dieper men doordringt in de materie.
Het denken kan heel ruim kijken en toch ordelijk zijn. Zorg dus dat je fris bent en dat je een ontspannen houding kan hebben binnen het werk.
De bedoeling is dat je in je handelen met materie geëngageerd wordt op een manier dat je tot orde komt in jezelf. Het denken is daar heel handig in, het denken kan heel ruim kijken en toch ordelijk zijn. Zorg dus dat je fris bent en dat je een ontspannen houding kan hebben binnen het werk.
Het heeft geen zin je moe te maken en zo moe dat je eigenlijk niet verder kan in je leven. Je moet bijtijds kunnen stoppen, op tijd ontspannen of overgaan op een ander werk, want ook dat is heel ontspannend.
Je moet bijtijds kunnen stoppen, op tijd ontspannen of overgaan op een ander werk, want ook dat is heel ontspannend.
Vandaar dat bepaalde mensen verschillende functies zouden moeten kunnen bekleden die afwisselend zijn. Het ene moment of de ene week of de ene maand of het ene jaar zijn ze met een bepaald iets bezig, en dan moet het mogelijk zijn over te schakelen naar een ander element van hetzelfde werk, waar men een aanverwant iets kan ontdekken, wat dan weer goed is als men in het eerste werk terugkomt. Ook dat moet bestudeerd worden. Deze verplaatsing mag niet willekeurig zijn, de functies moeten aanverwant zijn, zodat de mensen daardoor het geheel beter kunnen overzien. Zoiets zou ingebed moeten worden in de opleiding van bepaalde mensen, dat men dus rekening houdt met aanverwante functies, met aanverwant werk en dat men opklimt van het een in het ander.
De hele maatschappij zou bekeken moeten worden van binnenuit; hoe de mens daarin deelneemt en hoe de mens daar als het ware zijn liefde in kan uitleven en zijn vreugde in kan beleven. Als dat gezien kan worden, zullen veel minder mensen depressief zijn omwille van het werk, omdat ze bijvoorbeeld niet zien op welke manier ze daar een functie in hebben of hoe ze daar eigenlijk hun eigen leven kunnen leven.
Je hoeft niet buiten de handeling te staan om gelukkig te zijn. Je kan in een handeling staan en zelfs een heel druk leven leiden en daar heel gelukkig in zijn. Dat betekent dat je van binnenuit naar je werk kan kijken en kan genieten van het werk en kan zien hoe je daarin functioneert en dat het juist is wat je doet. Het is een vreugde die je beleeft omdat je de waarheid van het werk kan vinden.
De hele maatschappij zou bekeken moeten worden van binnenuit; dan zullen veel minder mensen depressief zijn omwille van het werk
Mensen die voortdurend in een leugenachtige sfeer zitten, worden wel eens ontgoocheld in het werk. Zelfs bij het meest ideale, nuttige werk, moet er waarheid beleefd worden, dat wil zeggen dat de mensen iets brengen wat ook werkelijk zo is. Als dat gezien kan worden, dan zal men zien dat er veel meer mensen gelukkig kunnen zijn binnen het werk en dat het werk ook beter draait en dat het dus een grotere uitstraling heeft naar de wereld toe. Als men oprecht is in zijn werk en naar waarheid streeft binnen het werk, zal dit altijd goed zijn voor het geheel van het werk.
Op dit moment zijn er heel veel scheve toestanden op deze aarde die van die aard zijn dat ze mensen ziek maken, ontgoochelen en eigenlijk afstoten. Hun idealisme verdwijnt, en men ziet ook niet op welke manier men mensen moet opvangen omdat het fundament van de handeling verkeerd is. Het gaat erom dat men in de handeling kan staan op een eenvoudige, rustige manier en daarin toch heel goed kan functioneren. Dit betekent dat er aandacht moet zijn voor de kwaliteit van de handeling. We zoeken dus een groei aan bewustzijn en tegelijk een groei aan vreugde en tegelijk een aanleunen bij waarheid en bij een streven dat authentiek en echt is en dat een vervulling geeft aan de mens.
Het werk moet de mens kunnen vervullen;
wanneer dit gebeurt ontstaan geniale mensen
Het werk moet de mens kunnen vervullen. Wanneer dit gebeurt, ontstaan geniale mensen, mensen die in elke richting hun functies kunnen bekleden en in elke richting de genialiteit kunnen zien van wat ze doen, mensen die zien dat hun bewustzijn groeit en groeit en dat ze dus met alles en alles en alles bezig kunnen zijn. Mensen die op deze manier kunnen meedraaien in de maatschappij, kunnen ontzettend veel presteren en kunnen met heel veel dingen rekening houden, zodat ze overkoepelend kunnen werken en het geheel van de materie kunnen zien. Het is natuurlijk onbegonnen werk om daar als het ware op gefixeerd te zijn en te zeggen: “Dit moet nu gebeuren”, want dat moet een innerlijk iets zijn. De mens moet het van binnenuit kunnen beleven en van binnenuit zijn eigen evolutie daarin kunnen volgen en zichzelf kunnen openen voor toestanden die heel belangrijk zijn.
Wanneer het genie werkzaam is op deze aarde, is het omdat hij een innerlijke groei heeft kunnen volgen waarin hij niet gestuit werd en omdat hij zichzelf heeft kunnen vervolledigen in dat wat vreugde bijbrengt. Het genie kent altijd de vreugde omdat hij altijd van binnenuit betrokken is bij wat hij doet. Zoiets moet mogelijk kunnen zijn voor heel veel mensen, dat ze hun eigen genialiteit kunnen beleven in wat ze aan het doen zijn en dat ze dus in een intuïtief werk kunnen staan dat waarheid naar voren brengt. Wanneer dit aanwezig is in het werk, zal de mens zich altijd vervolledigd voelen en vindt hij daar een soort heiligheid in.
Er is zoveel energie in de aarde dat je daar werkelijk door opgeladen kan worden
Want de heiligheid ligt niet buiten deze aarde, ze ligt in deze aarde, wanneer je je verweven voelt met deze aarde en van daaruit de goddelijkheid van de aarde kan voelen en hanteren.
Er is zoveel energie in de aarde dat je daar werkelijk door opgeladen kan worden en kan zien wat het betekent, betrokken te zijn met deze aarde en daarin verweven te zijn, maar op een manier dat het niet afstompend is maar verheffend, veredelend en tot waarheid brengend. Wanneer je dit kan beleven en delen met anderen, dan sta je in een vreugde en dan kan je een voorbeeld zijn voor anderen. “Het is een lange weg”, zal je zeggen, maar eigenlijk is het geen lange weg omdat het een weg van intensiteit is die van de ene intensiteit naar de andere gaat.
Wanneer je jezelf kan vinden binnen je werk, is het zo dat je veel kan doen, en dat je ook veel kan doen zomaar, dat je dus als het ware voorbij de beloning kan kijken naar het werk zelf.
Je moet dus niet werken om beloond te worden. Vanzelfsprekend moeten mensen beloond worden voor het werk dat ze doen, maar dit is een uiterlijke factor, een facet dat vaak storend werkt. Het zou moeten kunnen dat de mens zichzelf wordt in het werk, zichzelf vindt in het werk en een beloning krijgt die onafhankelijk is van de werkvreugde, en toch zou de vreugde de beloning moeten kunnen zijn voor het werk.
Wanneer je dus in een werk staat waar je heel veel vreugde aan beleeft, dan is dat eigenlijk op zich de beloning. Dit mag natuurlijk niet misbruikt worden, dat men zegt: “Jij doet dat werk toch zo graag, dus hoef je minder beloond te worden.” Nee, dan keert men de zaken om. Mensen die heel graag in een werk staan zouden er eigenlijk een grotere beloning voor moeten krijgen omdat het juist en goed gedaan is. Er moet dus ook bekeken worden op welke manier men mensen moet belonen voor het werk dat ze doen. Sommige verantwoordelijke posities vragen heel veel van de mens en daar moet men rekening mee houden wil men de juiste beloning geven. Aan de andere kant mag men van de mens uit niet overdrijven.
Mensen die heel graag in een werk staan zouden er eigenlijk een grotere beloning voor moeten krijgen omdat het juist en goed gedaan is.
Dus, “wat mijn werk betreft, moet ik niet denken dat ik voortdurend moet kijken naar die beloning en dat ik eropuit moet zijn om dat als het belangrijkste te zien, want als ik dit doe, dan zit ik verkeerd, dan is dat eigenlijk het einde van het genoegen dat ik kan beleven in mijn werk. Ik moet dus zien dat ik los sta van de beloning. Hoewel ik erop moet staan dat het eerlijk is, moet ik los kunnen staan van de beloning, in de vreugde van het werk zelf.”
'ik moet zien dat ik los sta van de beloning'
Werken en vanuit het werk kunnen zien dat het werk op zich belangrijk is en een vreugde in zich draagt: wanneer je op deze manier met het werk bezig kan zijn, dan herstel je van gelijk welke ziekte, want het betekent dat je goed functioneert op deze aarde.
Hoe erg de ziekte ook is, er zal een verbetering in komen omdat je ziet: ‘ik functioneer.’ Mensen die heel erg ziek zijn, moeten een werk kunnen vinden dat aangepast is aan hun toestand, maar het moet toch een werk zijn. Zelfs de zwaarste hartpatiënt moet iets kunnen doen waardoor hij een rol speelt binnen deze maatschappij, binnen deze wereld en waardoor hij bepaalde dingen kan doen waar hij uit leert en waardoor hij vooruitgaat. Dit is helend. Werk zelf kan helend zijn en het is heel belangrijk dat men dit beseft op deze aarde: dat een werk heel positief kan zijn voor de mens.
Werk kan helend zijn
Mensen die hun werk laten vallen om ‘met pensioen’ te gaan komen vaak in een niemandsland, ze weten niet meer wat te doen, en dat is dikwijls hun dood omdat ze niet weten op welke manier ze nog verder kunnen functioneren en omdat ze niet hebben geleerd om een ander werk aan te pakken en daarin ook weer heel zinvol bezig te zijn.
Het is dus goed om te blijven werken, maar het moet aangepast zijn aan de leeftijd en het moet aangepast zijn aan het verlangen van de mens.
Aan de vreugde die hij erin kan beleven, zal gemeten worden of het inderdaad belangrijk is. Een werk op zich is niet belangrijk of onbelangrijk. Een werk op zich - alle werk op zich - heeft een zeker belang in zich. Of je nu aan een uitvinding werkt of als straatveger de straat probeert proper te houden, of wat dan ook, het maakt weinig verschil uit. Werken is werken en het zou allemaal gewaardeerd moeten kunnen worden, want alles heeft zijn plaats op deze wereld. En binnen het werk dat je doet, moet je de vreugde kunnen vinden. Dan ontstaat er een nieuwe wereld, dan ontstaat er een ander hart, want daar is het om te doen. In het werk kan de mens zijn hart vinden. Wanneer je dus hartelijk bent, wanneer je vreugdevol bent, dan is dat mogelijk omdat je op het juiste pad staat en in het juiste werk staat.
Ook als je met pensioen gaat, is het goed om te blijven werken, maar het moet aangepast zijn
Een goed werk is heel belangrijk. Verander dan ook van werk wanneer het je niet ligt. Neem bij een nieuw werk eerst een hele tijd om je te leren aanpassen, en kijk dan naar het werk of het werkelijk bij je past.
Werk niet omwille van de waardering. Je moet los kunnen staan van het oordeel van anderen. Wacht niet op het oordeel van anderen om in je eigen werk te geloven. Je moet in je eigen werk kunnen geloven en de vreugde erin vinden, zonder dat het van de ander uit moet komen. Als je een maaltijd klaarmaakt, moet je niet wachten op de goedkeuring van anderen. Als je weet dat je het graag gedaan hebt, is dat je beloning. Als de anderen dan nog extra blij zijn met wat je gedaan hebt, dan kan je daar tevreden mee zijn, zeer zeker, maar dat is niet het streefdoel.
Wacht niet op het oordeel van anderen om in je eigen werk te geloven
De bedoeling is dat je in je werk zelf de vreugde vindt en dat je daar als het ware jezelf in kan uitleven en dat je daar de schittering ziet van de handeling en hoe je jouw hart daarin betrekt en hoe je daar jezelf in kan zijn en worden.
Voortdurend bezig zijn is belangrijk, maar af en toe moet je kunnen ophouden om het te kunnen overschouwen en om te kunnen zien waar je mee bezig bent. Het is goed dat je heel veel dingen doet, het is ook goed dat je met heel veel verschillende dingen bezig bent, maar je moet het aankunnen. Dat wil zeggen: je mag nooit te veel gaan doen, nooit het idee krijgen dat je altijd maar door moet werken en werken en werken omdat dat nu eenmaal zogezegd van jou gevraagd wordt of omdat je dat van jezelf vraagt. Neen, bewaar het evenwicht, hoe dan ook. Je moet dus in een werk staan, maar je moet ook zonder dat werk kunnen zijn en kunnen genieten van het leven, kunnen genieten van kleine dingen, of van grote dingen, dat maakt niets uit, maar op een manier dat je op jezelf staat daarin, los van anderen.
Bewaar het evenwicht. Je moet dus in een werk staan, maar je moet ook zonder dat werk kunnen zijn en kunnen genieten van het leven
Je moet niet denken: ‘dat werk wil ik niet doen want anderen willen dat niet waarderen.’ Neen, je moet gelijk welk werk kunnen doen, al was het maar een knoop aannaaien bijvoorbeeld. Je moet het kunnen doen omdat het een praktisch iets is en omdat je daarvan kan genieten en omdat je weet: ‘het is iets waarvan het goed is dat ik dat doe.’
En wanneer je dit doet, dan ga je vooruit in je leven, dan zie je dus: ‘ik sta los van de anderen. Zelfs als de anderen het niet zouden waarderen, ik waardeer mijn werk, want ik zie dat het juist en goed gedaan is’, en dat is voldoende. Op deze manier maak je jezelf gezond en op deze manier weet je wat het is om bezig te zijn en om de dingen op de juiste manier te doen en daarin de vreugde te vinden.
Dit is ook de zogenaamde bezigheidstherapie, waar men in wezen op steunt wanneer mensen ziek zijn, dat ze een eenvoudig werk kunnen doen om daar vreugde aan te beleven. Maar wanneer de vreugde er niet bij is, dan is het geen therapie. Het gaat dus om de vreugde en daarom is het raadzaam dat men een aangepast werkje vindt voor elke persoon, dat mensen de keuze krijgen en dat ze er dan ook op letten om voor zichzelf een werk te kiezen dat bij hen past.
... Wanneer de vreugde er niet bij is, dan is het geen therapie
Altijd weer gaat het erom dat je de openheid bereikt om verder te gaan in dat wat je aan het zoeken bent in je leven. Soms is het zo dat je iets wil vinden en wil je een werk doen in de richting van wat je wil vinden; dat is goed.
Als je iets aan het zoeken bent, zoek dan ook om de mogelijkheden te krijgen daarvoor, dat je jezelf kan openen om die zoektocht eigenlijk te vereenvoudigen en te verdiepen. Het is nooit nodig om alles tegelijk te doen, om op ieder punt tegelijk te vorderen. Laat jezelf toe bepaalde dingen tot in de diepte te beleven en tot in de diepte tot uitwerking te brengen en te zoeken. Als je bijvoorbeeld op een bepaald punt aan het zoeken bent, doe dan een werk in deze richting als je dat kan, en weet dat je daardoor jezelf kan vinden.
Het is door met de wereld te handelen dat je jezelf kan vinden, want de wereld en de mens, die zijn één, ze zijn in wezen met elkaar verbonden en ze behoren ook tot elkaar. Door zich uit te drukken in de wereld kan de mens zichzelf ontdekken, voortdurend nieuwe wegen gaan en voortdurend nieuwe dingen vinden.
Laat jezelf toe bepaalde dingen tot in de diepte te beleven
Het is heel belangrijk dat je niet alleen bij gedachten blijft, maar dat je tot handelingen komt, dat je dus jezelf geprojecteerd ziet in deze wereld. Breng dingen die in jou leven, die in je innerlijk leven, tot uitdrukking, wat ze ook zijn, dat je weet: ‘dit leeft in mij en ik probeer dat uit te zingen, uit te zeggen, uit te spreken, samen met mensen uit te zoeken.’ Wanneer je dit doet, ben je zinvol bezig op deze aarde.
Blijf niet alleen bij gedachten, maar komt tot handelingen. Breng dingen die in jou leven tot uitdrukking
Er is altijd een drang in de mens om dingen te gaan doen, het is goed om daar gevolg aan te geven. Je kan niet alleen maar theoretisch bezig zijn, alleen maar met je denken.
Zelfs als je met je denken bezig bent, moet je het toch tot in de stof kunnen brengen, dat wil zeggen dat je het op de een of andere manier opschrijft of uitzegt of inspreekt of uittekent, zodat het voor je ligt, zodat het door de handeling gegaan is, zodat je dus door de vreugde gegaan bent, want een handeling draagt in zich de vreugde. Het denken is dikwijls apathisch, het weet niet waar naartoe want het houdt alles in en tegelijk ook niets. Het is vaak veel te abstract en te ver van deze wereld; dat kan heel vermoeiend zijn.
De handeling draagt de vreugde in zich.
Het denken put de mens uit wanneer het niet tot een realiteit komt.
Het denken put de mens uit wanneer het niet tot een realiteit komt. Als je bijvoorbeeld huizen ontwerpt, plannen en plannen en plannen maakt en nooit een huis bouwt, dan is dat frustrerend. Op een bepaald moment moet je maken dat de kathedraal die je getekend hebt ook werkelijk tot stand komt. Dan is het een vreugde om dat te zien, omdat er door de handeling iets mogelijk geworden is op deze aarde, er is als het ware iets tot stand gekomen wat een vreugde geschapen heeft.
Als je dus innerlijk met iets bezig bent, maak daar werk van, probeer dat tot uitdrukking te brengen, misschien samen met anderen, zodat je daardoor de vreugde kan beleven.
Ook in jouw leven kan je bepaalde dingen delegeren
Het is goed dat je af en toe stilstaat bij je werk en af en toe correcties aanbrengt in je werk om er opnieuw de vreugde in te kunnen zien. Als je een vervelend werk te doen staat dat je saai vindt, dat je helemaal nooit graag gedaan hebt en waarschijnlijk nooit graag zal doen, zorg dan dat je misschien iemand vindt om je te helpen bij dat werk of om het eventueel in jouw plaats te doen, zodat je daar vrij van bent en dat je het ook niet telkens opnieuw moet doen. Mensen moeten elkaar kunnen aanvullen, en dat moet te vinden zijn.
Ook in jouw leven kan je bepaalde dingen delegeren, dat je zegt van: “Dat kan ik niet, maar misschien kan ik daarvoor een ander vragen om dat te doen in mijn plaats”, dan kan je die persoon daarvoor betalen, en voor jou is het een last die van je schouders valt en een openheid die je krijgt om iets anders te gaan doen waardoor je weer een grotere vreugde kan vinden in je leven.
De kennis die je daarbij opdoet door te handelen, is heel belangrijk. Zorg dat je bijleert, doe geen werk dat altijd hetzelfde is en dat afstompend werkt. Neen, je kan iets een bepaalde tijd doen, je kan blij zijn dat je dat kan doen, al was het maar omwille van de beloning ervoor die je nodig hebt op dat moment. Maar op een bepaald moment heb je misschien geld genoeg om te zeggen: “Dat werk wil ik niet meer doen”, en dan doe je maar een ander werk. Heb dan de moed om stappen te zetten in je leven en om te zeggen: “Ik stap eruit, ik doe iets anders.”
Zorg dat je bijleert, doe geen werk dat altijd hetzelfde is en dat afstompend werkt
Iedere keer dat je jezelf overwint daarin, om een stap te zetten in je leven, weet dan dat je iets groots gedaan hebt. Je moet dus durven veranderen, je moet dingen durven doen die je misschien nog nooit hebt gedaan en daar weer uit leren en daar weer verder in gaan, jezelf in ontplooien en jezelf tot stand brengen. Dus door dit handelen, door dit zoeken, door dit bezig zijn, door dit veranderen, vind je de lijn van je leven, en stel je het doel klaarder voor je leven, dat je beseft van: ‘eigenlijk is het dat wat ik wil.’
En wanneer je die wil vindt, dat verlangen, die gedachte die je tot uitdrukking wil brengen, dat idee dat je gestalte wil geven, wanneer je dus die grote lijn vindt in je leven, dan kan je gelukkig zijn.
Als je een fantasie hebt, schrijf ze uit zodat je ze kan bekijken en kan zien of ze werkelijk belangrijk is
Het is belangrijk dat je een doel hebt in je leven en dat je dat tot uitwerking brengt, al dan niet samen met andere mensen, dat maakt niets uit, maar het moet ergens concreet kunnen worden. Het mag niet allemaal in de lucht blijven hangen, het mag niet tot de fantasie behoren. Als je een fantasie hebt, schrijf ze uit zodat je ze kan bekijken en kan zien of ze werkelijk belangrijk is. Als iets tot een heel abstract gebied behoort, teken het dan uit of geef het vorm in kleur of muziek of wat dan ook, zodat het voor je ligt.
Het is een kwestie van concretiseren, van bezig zijn en van dingen kunnen doen en ontdekken in jezelf en ze naar buiten brengen. Dan mag de vorm nog zo weerbarstig zijn, dan mag het nog zo moeilijk zijn om dat tot stand te brengen, dit maakt deel uit van de evolutie.
Wanneer mensen dingen tot stand brengen op deze aarde, dan evolueren ze. Het is eigenlijk een ontplooiing van jezelf. Je moet dus niet kijken naar het resultaat, want dat is dikwijls teleurstellend op deze aarde. Als je iets vorm geeft heb je in je innerlijk meestal een totaal ander idee gehad dan wat je voor je ziet liggen - laat je daar niet door ontgoochelen. Het is de innerlijke evolutie die je moet zien, de innerlijke stappen die je ermee doet en de vooruitgang die je innerlijk maakt en doormaakt.
Kijk niet naar het resultaat, want dat is dikwijls teleurstellend op deze aarde
Als je je daar op toespitst, als je dus naar je innerlijke werkelijkheid kijkt en hoe je daarin evolueert, hoe moedig je bent om bepaalde vraagstukken op te lossen of hoeveel je hebt moeten doen om een kleinigheid te bereiken en dan toch te zien dat je vooruitgegaan bent, dan kan je inderdaad blij zijn met deze stappen. Dan ben je rijker geworden omdat je zoveel meer hebt geleerd dan je dacht te kunnen leren.
Iedere keer dat je praktisch wordt in het leven, dat je tot handelen komt, kan je voor moeilijkheden staan, voor uitdagingen en dan leer je daarin jezelf kennen en overwinnen, en dat is ook de bedoeling.
Kijk naar je innerlijke werkelijkheid en hoe je daarin evolueert, hoe moedig je bent om bepaalde vraagstukken op te lossen of hoeveel je hebt moeten doen om een kleinigheid te bereiken
De bedoeling is dat je door je handelen met jezelf bezig bent. Als je gewoon maar de automaat laat spreken en de automaat laat handelen, dan ben je geen mens. Laat je nooit tot een machine verworden, maar leer werkelijk jezelf te zijn en leer jezelf tot uitdrukking te brengen. Vandaar dat het zo belangrijk is dat je jezelf leert kennen, dat je weet wie je bent, wat je voorkeuren zijn, wat je smaken zijn, wat er in je leeft, wat je tot uitdrukking kan brengen en waar je mee bezig bent, en dat je voortdurend mag en kan bezig zijn.”
Meester Morya
Geert Crevits © Mayil.com
Bron: “Morya Kracht 3: Mens en maatschappij”
uit hoofdstuk 2: ‘Vreugde, werk en maatschappij’